De meest gestelde vragen & antwoorden


1. Wat zijn de fiscale consequenties van een investering in de VLC?

Omdat er in de Vliervelden Landcoöperatie nooit meer dan 20 certificaten worden uitgegeven, krijgt iedere eigenaar ten minste 5% van de aandelen van de coöperatie in bezit. Dat betekent dat de Belastingdienst dit ziet als een aanmerkelijk belang. En daarmee vallen de certificaten in Box 2. Dat betekent dat de coöperatie 19% dividendbelasting betaalt over de winst (pacht-inkomsten) die er gemaakt wordt en vervolgens betaalt u zelf 24,5% inkomstenbelasting over de uitgekeerde winst op uw certificaat. U mag dan wel de dividendbelasting als voorheffing van uw te betalen inkomstenbelasting aftrekken.

Dit is fiscaal veel gunstiger dan een heffing in Box 3. Daar gaat de Belastingdienst uit van een fictief rendement. Dat is in 2024 6,04% over het ingelegde vermogen. Over dat rendement zou u in 2024 36% moeten betalen. Dat wil zeggen dat u in geval van Box 3 2,17% belasting zou moeten betalen over het ingelegde vermogen in de VLC. Het rendement is echter slechts 1,5% (de hoogte van de pacht). U zou er in geval van Box 3 dus netto op achteruit gaan: meer belasting dan inkomsten.

Nu is het zo dat er ook een heffingsvrij vermogen bestaat. In 2024 is dat 57.000 euro per persoon en 114.000 euro bij fiscaal partnerschap. Als uw totale vermogen niet hoger is, dan is uw vermogen heffingsvrij en is het bovenstaande verhaal over de Boxen niet van toepassing. Dan hoeft u over de inkomsten uit VLC geen belasting te betalen.

2. Kan het ietsje minder?

Als 25.000 euro een te hoog bedrag is, dan ligt het meer voor de hand om in plaats van een certificaat te kopen, geld aan de Stadsboerderij uit te lenen voor een zelf te kiezen bedrag. Een onderhandse lening valt in Box 3, maar ook daarbij geldt een heffingsvrij vermogen van 57.000 euro per persoon en 114.000 euro bij fiscaal partnerschap.

3. Hoe kan ik mijn certificaat weer verkopen?

Iedereen die een certificaat heeft gekocht, is vrij om dat certificaat weer te verkopen. Als lid van de coöperatie ben je verplicht om het eerst aan de andere leden van de coöperatie of aan de boerderij aan te bieden. Heeft er niemand belangstelling, dan kan er buiten de coöperatie verkocht worden. De ervaring leert dat er meestal binnen de coöperatie, of aan de boerderij verkocht wordt. Wij als Stadsboerderij houden er net als bij bankleningen rekening mee dat er niet alleen rente, maar ook aflossing gereserveerd wordt. Bij een normaal aflossingsregime van 3% per jaar betekent dat er elk jaar 0,6 certificaat door de boerderij overgenomen kan worden.
Uiteraard hangt dit ook sterk af van de ontwikkeling van de grondprijs. Als deze sterk stijgt is het aannemelijk dat er veel belangstelling is voor overname en bij een geringe stijging komt die belangstelling vooral van de kant van de boerderij of andere leden van de coöperatie.

4. Hoe zit het met de ontwikkeling van de pachtprijs?

Bij een volledige financiering van de grond door de coöperatie is de jaarlijkse pachtprijs 1,5% van 165.000 euro per hectare oftewel 2.475 euro per ha.
Voor reguliere pacht worden er voor heel Nederland jaarlijks zogeheten pachtnormen opgesteld. In opdracht van het Ministerie van landbouw stelt het Economisch Instituut van de LU Wageningen jaarlijks deze normen vast. Deze worden jaarlijks gepubliceerd en geven een weerspiegeling van het verdienvermogen in de landbouw. Zij zijn gebaseerd op de werkelijk behaalde gemiddelde economische resultaten in de landbouw. In Flevoland met zijn vruchtbare grond zijn deze hoger dan in de rest van Nederland. In 2021, 2022 en 2023 waren deze resp. 1.318, 1.245 en 1.398 euro per hectare. Daar zit ‘onze’ pachtnorm nog ruim boven, ondanks de bescheiden vergoeding van 1,5% rente.
Het betekent wel dat wij ons voorstellen de pachtnorm niet te indexeren en we liever het rendement naar de toekomst schuiven tot het moment dat er verkocht wordt. Wanneer een nieuwe koper meer voor het certificaat heeft betaald dan de oorspronkelijke instapwaarde, wordt de rente van 1,5% berekend over het betaalde bedrag voor het certificaat. Voor iedere certificaathouder blijft dus de betaalde rente hetzelfde tot het moment van verkoop en er een nieuwe certificaathouder in zijn of haar plaats komt.

5. Wat is de procedure als ik zou willen verkopen?

Iedere verkoper is verplicht om het certificaat eerst aan te bieden aan de andere leden van de coöperatie en aan de boerderij. Willen of kunnen die het certificaat op dat moment niet overnemen, dan staat het vrij om daarbuiten een andere koper te zoeken. Er mag te allen tijde getaxeerd worden om een indruk van de waarde te krijgen. Voor en nieuwe koper van buiten de coöperatie is de goedkeuring van algemene ledenvergadering nodig.

6. Hoe zit het met stemrecht in de coöperatie?

Ieder lid heeft één stem. Een lid met twee certificaten heeft er twee, maar een lid kan nooit meer dan twee stemmen hebben. Dit om te waarborgen dat de zeggenschap over alle leden verdeeld blijft.

Dit zijn de meest gestelde vragen, maar voor verder vragen (en hopelijk antwoorden) kunt u ons per telefoon of mail bereiken.